

Sinds kort heb ik weer een abonnement op het Friesch Dagblad, de krant waar ik regelmatig voor mag schrijven. We hadden al jaren geen krant meer, maar als dochter van krantenuitgever Auke Steegstra voelde ik me toch wel schuldig tegenover mijn overleden vader dat ik alleen nog maar digitaal het nieuws volgde.
Maar ook persoonlijk miste ik iets dat mijn telefoon me niet kan geven: een moment van rust. Ik groeide op met de geur van inkt en papier en het geluid van een klepperende brievenbus met de belofte van en het vooruitzicht naar dat moment. In stilte aandachtig bladeren door de dag van gisteren. Een moment van je afsluiten voor de omgeving en verzinken in de letters en verhalen van de krant.
Mijn vader was daarin mijn dierbare voorbeeld. Zijn krant-lees-momenten waren heilig. Als klein meisje wilde ik nog wel eens een tik tegen de toen nog A3-formaat pagina’s geven om zijn aandacht te trekken, maar dat leverde me toch echt wel een strenge wenkbrauwen-blik op. Nu even niet! Net als bij zijn korte tukjes die hij op de bank deed tussen de middag. Mini-slaapjes van een kwartier, maar wel net genoeg om hem weer die lieve, frisse heit te maken die daarna alle energie had om om met ons te spelen en te stoeien.
Mijn heit bakende zijn rustmomenten secuur af. Half tien koffie met koeke, half één de broodmaaltijd en een tukje, om half vier thee en om half zeven warm eten. Vaste ijkpunten die hem hielpen om een bijzonder productief leven te leiden
Voor eeuwig rusten
“Rust nu maar uit”, las ik laatst boven een rouwadvertentie in de krant die ik nu weer lees. Ik snap die tekst wel als iemand een doodstrijd moest leveren na een langdurig ziekbed, maar inwendig moest ik erom lachen. “Nu pas?”, dacht ik en: “Voor eeuwig uitrusten, zou je daar wel van kunnen genieten?”
Ik heb werkelijk geen idee. Wat ik wel weet is dat ik niet op de eeuwigheid wil wachten om te mogen rusten. Van mijn heit leerde ik dat je rust mag inbouwen als goede gewoonte: je kunt pas ten volle leven als je rust vóórdat je moe wordt.
Ik heb het vanwege mijn haperende lijf moeten leren: rusten.
Van nature ben ik de onrust zelve. Ik houd niet van stilzitten en mijn hoofd is helemaal een bubbel-box: zoveel gedachten en ideeën. Daar moet ik heel bewust een hekje omheen zetten.
Wat mij helpt is het volgende:
• Op tijd ’s avonds de beeldschermen uit en lichten in huis dimmen
• Lezen uit echte boeken en de krant!
• In de natuur zijn en daar God’s nabijheid ervaren
• Klassieke muziek luisteren
• Op de rug liggen en bewust ademhalen. Geen rare Oosterse technieken, maar gewoon simpel liggen, handen op de buik en inademen tot aan je navel
• Alles wat met water te maken heeft: luisteren naar, varen op of zwemmen in water
Maar ik ben ik en jij bent jij.
Weet jij wat je rustig maakt?
Lukt het jou om te rusten voor je moe wordt?
Kun je zo leven dat je elke dag een beetje vakantie hebt?
Ik wens je een hele mooie zomer en rust die je tot ver daarna mag vasthouden.
Liefs,
Jacoline
www.huwelijkstrainer.nl